Haberin yayım tarihi
2008-05-20
Haberin bulunduğu kategoriler

Lanjri:Geen kinderen meer opsluiten in gesloten centra

CD&V-senator Lanjri diende wetsvoorstel in met concreet alternatief  en ondervroeg ministers
 
De opsluiting van kinderen in gesloten centra heeft rampzalige psychologische gevolgen voor de kinderen. Daarom ondervroeg Lanjri gisterenavond,  tijdens de plenaire vergadering in de Senaat,  de twee bevoegde ministers A. Turtelboom en M. Arena over de proefprojecten die de Dienst Vreemdelingenzaken opzette en over de samenwerking tussen de ministers. Een proefproject dat dreigt te mislukken en een samenwerking die er geen is, zo blijkt uit de twee antwoorden.
 
Sinds maart dit jaar worden uitgeprocedeerde families door de Dienst Vreemdelingenzaken (DVZ) schriftelijke uitgenodigd voor een gesprek. In een eerste gesprek wordt de nadruk gelegd op de mogelijkheid van de vrijwillige terugkeer, met o.a. een infobrochure in de eigen taal en een DVD. In een tweede gesprek wordt nagegaan in hoeverre de familie beroep wil doen op de vrijwillige terugkeer. Indien ze dat niet willen, wordt de procedure van de gedwongen terugkeer verduidelijkt. In een derde fase worden de gezinnen uitgenodigd om hen ervan te overtuigen om toch vrijwillig te vertrekken. Indien de families niet wensen in te gaan op de mogelijkheid van vrijwillige terugkeer worden ze, bij positieve identificatie, uitgenodigd zich bij de federale politie van Brussel-Nationaal te melden. Als ze zich niet melden kunnen ze worden aangehouden met het oog op hun terugkeer. In dergelijke gevallen kan een detentie voor een beperkte periode noodzakelijk zijn.
 
Maar dit proefproject van minister Turtelboom blijkt geen succes te zijn: van de 66 families die werden uitgenodigd, hebben zich slechts 7 families aangeboden.  "Als we willen dat het Zweedse voorbeeld ook in België een succes wordt, moeten we er op toezien dat àlle voorwaarden vervuld zijn", zegt Nahima Lanjri. "Zweden hanteert immers een integrale aanpak waarin opvang, coaching en terugkeeraanbod vakkundig op elkaar zijn afgestemd. Alleen de meldingsplicht invoeren is onvoldoende, dan zullen deze alternatieven gedoemd zijn te mislukken. Naar mijn mening is het nu al duidelijk dat dit niet werkt, dit blijkt uit de cijfers." 
 
Senator Lanjri is dan ook blij dat minister Turtelboom bereid  is om uitvoering te geven aan het wetsvoorstel dat zij enkele maanden geleden indiende.  Daarin biedt zij een alternatief voor de opsluiting, namelijk een totaalaanpak met de toewijzing van een coach, een meldingsplicht en een overeenkomst met duidelijke afspraken. Minister Turtelboom zei in haar antwoord dat ze op dit moment ook het alternatief van de coaching onderzoekt op budgettair en organisatorisch vlak.
 
Uit cijfers die senator Lanjri vorige week verkreeg tijdens een werkbezoek aan het gesloten centrum 127 bis blijkt dat vorig jaar 188 illegale families, met in totaal 398 kinderen, opgesloten werden in gesloten asielcentra.

Zowat 42 procent van de families komt uit Oost-Europa. Daarna volgen Azië (en Rusland) met 35,6 procent en Afrika met 14,9 procent. Gemiddeld verbleven de families 26 dagen in zo'n centrum, maar de helft zat er wel meer dan veertien dagen. Bijna 50 procent van de families kent een opsluiting van maximum 2 weken. 70 procent verblijft maximaal een maand in de centra. Ongeveer 15,4 procent verblijft langer dan twee maanden in het centrum. 3 gezinnen met kinderen verbleven er langer dan 3 maand.
 
Er werden in 2007 (188 gezinnen) de helft minder gezinnen met kinderen opgesloten dan in 2006 (399 gezinnen) en ook minder dan in 2005 (247 gezinnen).  Toch worden volgens Lanjri nog te veel families met kinderen opgesloten. "Het streefdoel moet zijn om geen enkel kind op te sluiten.  Voorrang moet gegeven worden aan vrijwillige terugkeer en andere alternatieven  zoals in het voorstel dat ik  uitwerkte. Slechts  wanneer er  manifeste of herhaaldelijke onwil bestaat om het alternatief na te leven en er een  reëel risico bestaat dat men onderduikt, kan een verblijf op zeer korte termijn in een specifiek gezinsopvangcentrum als laatste redmiddel gebruikt worden. Hoe minder dit nodig is hoe beter. Daarom moet alles op alles gezet worden om de alternatieven voor opsluiting ook echt te doen lukken", zegt Nahima Lanjri
 
Uit het antwoord op de vraag van Nahima Lanjri gisteren in de Senaat kwam ook duidelijk naar voor dat er tussen de twee bevoegde ministers weinig of geen overleg is. Minister Arena is geen voorstander van een ultieme opsluiting, minister Turtelboom acht dit in sommige gevallen wel noodzakelijk. Ook het regeerakkoord  sluit dit niet uit.

Nahima Lanjri dringt er op aan dat  beide ministers dringend rond de tafel gaan zitten en meer samenwerken. Een grondige studie van het Zweedse model en samenwerking met verschillende organisaties geeft de alternatieven meer kans op slagen.

Son Haberler

Hits: [srs_total_pageViews] Visitors: [srs_total_visitors]
Copyright © GUNDEM.be
Site içeriği ve dizaynın tüm hakları GÜNDEM.be websitesine aittir.
Kopyalamak ve izinsiz kullanmak kesinlikle yasaktır.