Haberin yayım tarihi
2008-03-19
Haberin bulunduğu kategoriler

'Leterme 1', Hükümet Sözleşmesi 2. Bölüm....

Politie
 
Om aan de personeelsbehoeften bij de politiediensten te voldoen, is bijkomende rekrutering noodzakelijk. Bijzondere aandacht zal worden geschonken aan de toestand in het Brussels Hoofdstedelijk Gewest, ten gevolge het arrest van het Grondwettelijk Hof van 28 november 2007. Voor de gerechtelijke politie zal de mogelijkheid worden uitgebreid om een beroep te doen op externe rekrutering. Het burgerpersoneel krijgt maximaal taken toegewezen. Voor bepaalde activiteiten in het kader van de politiezones zal het streven naar samenwerking tussen alle actoren aangemoedigd worden. De politie krijgt meer ruimte om zich toe te leggen op haar basistaken, waaronder de wijkwerking die zal worden geherwaardeerd. De regering zal bijzondere aandacht schenken aan de politiezones die structureel deficitair zijn ingevolge specifieke omstandigheden om redenen die hen niet kunnen worden aangerekend.

De federale financieringsnorm van de politiezones ("KUL"-norm) wordt geëvalueerd en desgevallend bijgestuurd in functie van objectieve criteria.
 
De regering overweegt voor elke politiezone maximale interventietijden in te voeren voor dringende oproepen.

Bij dat alles moet de aandacht voor het slachtoffer voorop blijven staan. Bijkomende maatregelen zullen genomen worden om de rechten van de slachtoffers te verbeteren in alle stadia van de procedure.

Opvang en begeleiding hebben een upgrade nodig. Slachtoffers zijn gebaat bij nieuwe mogelijkheden om misdrijven snel en elektronisch aan te geven, en bij een verfijnd systeem voor noodoproepen.
 
Justitie
 
Na de politiehervorming, moet men de grondige hervorming en de modernisering van de rechterlijke orde verder zetten en de regering wenst daarvoor de nodige middelen vrij te maken. Met het oog op een betere verdeling van de beschikbare middelen, zal de regering, in overleg met de betrokken actoren, een reflectie maken over de omvang van de gerechtelijke arrondissementen, de structuur van de eerstelijnsrechtbanken, de geïntegreerde eerstelijnsparketten en het aantal rechtbanken. Deze reflectie zou kunnen leiden tot het oprichten van een grote eerstelijnsrechtbank die, met uitzondering van de vredegerechten en de politierechtbanken, de gespecialiseerde rechtbanken groepeert met respect voor hun eigenheden (milieurecht, sociaal recht, handelsrecht, burgerlijk recht, strafrecht, … ), inclusief een nog op te richten familierechtbank en eventueel een administratieve rechtbank.

De specificiteit van de arbeidsrechtbanken en de rechtbanken van koophandel zal worden verzekerd door het behoud van de sociale rechters en de rechters in handelszaken.
 
De regering stemt de rol en de bevoegdheden van de instanties betrokken bij de werking van de rechterlijke organisatie beter op elkaar af.
 
Informatisering, beheersautonomie en opleiding – dat laatste in samenwerking met de Gemeenschappen – moeten het gerecht op korte termijn moderne instrumenten geven die elders al lang gemeengoed zijn. Justitie wil zo de gerechtelijke achterstand detecteren en accuraat opmeten, en, met de hulp van een goed uitgebouwde werklastmeting, en rekening houdend met de aard van de geschillen, de personeelsbehoeften juist inschatten.
Om een betere rechtsbedeling te realiseren zal het burgerlijke en strafprocesrecht verder hervormd worden.
 
De regering blijft alternatieve vormen van geschillenregeling ontwikkelen en met name door de mechanismen van bemiddeling te versterken.
 
De regering zal de toegankelijkheid van het gerecht voor de burger verbeteren. Ze zal onder meer initiatieven nemen om de toegankelijkheid tot de rechtshulp te vergemakkelijken, de rechtstaal te verbeteren en een uniek loket te installeren voor rechtshulp en gerechtelijke bijstand. Ze wil ervoor zorgen dat binnen een redelijke termijn recht wordt gesproken, door onder meer de gerechtelijke achterstand terug te dringen.
 
De regering zal in overleg treden met de balies over een grotere transparantie en voorafgaande informatie over de barema's.
 
De wet op het deskundigenonderzoek zal aangepast worden en specifieke maatregelen zullen worden genomen voor de vorming van deskundigen in strafzaken.
 
Een rechtvaardig justitiebeleid kan niet zonder een geloofwaardige strafuitvoering, die uitgaat van een duidelijk doel en visie. De regering zet de voorbereiding voort van het urgentieprogramma die de voorbije maanden is begonnen, en waarvan één van de belangrijkste doelstellingen erin bestaat de overbevolking in de gevangenissen te verminderen. Centraal in dat programma staat de uitbreiding van de gevangeniscapaciteit in veilige en humane omstandigheden, een efficiënt en effectief elektronisch toezicht, een voldoende aanbod, een adequate toewijzing en een effectieve uitvoering van alternatieve straffen voor opsluiting. De wet op de voorlopige hechtenis zal worden geëvalueerd. De regering zal het elektronisch toezicht uitbreiden en zal het invoeren als autonome straf of als bijkomend alternatief voor de voorlopige hechtenis. In overleg met de betrokken partners, zal het systeem van alternatieve straffen uitgebreid en structureel georganiseerd worden op het hele grondgebied.

De strafuitvoeringsrechtbanken en justitiehuizen moeten de mogelijkheid krijgen om op kruissnelheid te komen.
 
De wet betreffende de externe rechtspositie van de veroordeelden tot een gevangenisstraf zal worden aangepast om de mogelijkheid te voorzien voor de bodemrechter om, voor zeer ernstige misdrijven die leiden tot een verplichte terbeschikkingstelling, het minimale  gedeelte van de straf vast te stellen dat moet worden uitgevoerd in de gevangenis en dat tussen 1/3 en 2/3 van de opgelegde straf kan liggen.
 
De regering zal bijzondere aandacht besteden aan de omkadering van geïnterneerden en aan een efficiënte opvolging van onder voorwaarden in vrijheid gestelde verdachten en veroordeelden.
 
De regering steunt een grondige modernisering van het familierecht en nodigt de parlementaire meerderheid uit om wetgevende initiatieven te nemen of te steunen onder meer met betrekking tot: een juridisch statuut voor pleeggezinnen en zorgouders, zonder afbreuk te doen aan het juridisch en/of biologisch ouderschap; de procedure van vereffeningverdeling; de rechtspositie van minderjarigen, het spreekrecht voor kinderen onder 12 jaar; het principe van zittingen met gesloten deuren in gezinszaken; de juridische bescherming van de kwetsbare personen of personen met een mentale handicap, de gezinsbemiddeling; de hervorming van het erfrecht in het kader van de evolutie van de samenleving; de actualisering van het Burgerlijk Wetboek. Hierbij zal de mening worden gevraagd van de Gemeenschappen en de betrokken actoren.
           
Bijstand
 
De burger in nood heeft recht op snelle bijstand. Daarom zal de regering de hulpdiensten verder versterken. Ze zal de uitvoering van de wet op de civiele veiligheid vervolledigen, om een optimale dekking van het volledige grondgebied te realiseren zonder dat dit meerkosten genereert voor steden en gemeenten. Voorts zal de regering de gemeenten ondersteunen voor de ontwikkeling van de nood- en interventieplannen. De brandweer en haar beroepskrachten en vrijwilligers krijgen een geëigend statuut, zodat we het korps kunnen opwaarderen en verjongen. Voor de medische noodhulp streven we een optimale synergie na.
 
De provinciale en multidisciplinaire meldkamers voor de noodoproepen zullen versneld gerealiseerd worden. Het Federaal agentschap 112 zal zo snel mogelijk geïnstalleerd worden.
 
De inning van de boetes zal worden verbeterd. Daartoe zal in overleg tussen de FOD Justitie, het college van Procureur-generaals en de FOD Financiën en mede in functie van een verdere informatisering van de invordering, de oprichting van een justitieel incassobureau worden onderzocht.
 
Terrorisme
 

Ons land zal de strijd tegen het internationaal terrorisme intensifiëren. Zij waarborgt een goede werking van het coördinatieorgaan voor de analyse van de dreiging (OCAD) en een doorstroming van de informatie naar de gerechtelijke autoriteiten om daar, samen met het parlement, toe te zien op een correcte informatie-uitwisseling tussen de diverse diensten. Het toezicht hierop moet structureel georganiseerd worden. Dat houdt in dat de wetgeving op de bijzondere opsporingsmethoden dringend aangepast en dat een wettelijk kader aangenomen moet worden voor de bijzondere methoden van ontvangst en uitwisseling van gegevens van de inlichtingen- en veiligheidsdiensten, en dit met respect voor de fundamentele rechten en vrijheden.

Omdat het goede functioneren van de inlichtingendiensten bij dit alles essentieel is, zal de regering op basis van een audit nagaan of en hoe de werking kan verbeterd worden.
 
Rekening houdend met de aanbevelingen van de werkgroep van de Kamer van Volksvertegenwoordigers, zal de wapenwet gewijzigd worden. 

9. Overheid
 
Bij het innen van de belastingen en het bieden van sociale bescherming is een behoorlijke en billijke toepassing van de regelgeving essentieel. De regering zal er nauwgezet op toezien dat alle belastingplichtigen en alle rechthebbenden gelijk behandeld worden en dat de fiscale wetgeving en de sociale wetgeving eenvormig worden toegepast. Zij zal onderzoeken hoe de externe controle, desgevallend via een specifiek orgaan dat aan het Parlement verantwoording aflegt, kan versterkt worden, zonder dat dit mag leiden tot administratieve lastenverzwaring.

De heffing en inning van de belastingen en sociale bijdragen enerzijds, en de toekenning en betaling van uitkeringen anderzijds moet in heel het land op een correcte en gelijke wijze gebeuren.
 
Er wordt een college opgericht dat de directeurs omvat van de sociale, fiscale, politie- en gerechtelijke diensten die betrokken zijn bij de strijd tegen de fiscale en sociale fraude. Het zal werken onder het gezag van een specifiek ministerieel comité.

Dit college en dit comité zullen eveneens als opdracht krijgen te waken over de eenvormige toepassing van de ganse regelgeving over heel het grondgebied.
 
De regering zal alle middelen inzetten (bv. datamining en een betere gegevensuitwisseling) opdat voldoende fiscale en sociale controles worden uitgevoerd.
 
Bijzondere inspanningen zullen geleverd worden inzake de strijd tegen het zwartwerk en tegen georganiseerde netwerken van koppelbazen en de verkoop van valse sociale documenten (C4).
 
Bij de begrotingscontrole 2008 zal een rapport worden voorgelegd aan de regering over de brutokosten, per sector, van de aftrek voor risicokapitaal in de inkohieringen voor het aanslagjaar 2007.

Tegelijk zal een rapport worden gevraagd aan de Nationale Bank om de eventuele impact van die maatregel te evalueren, eveneens per sector, in termen van verhoging van de belastbare basis, verhoging van de werkgelegenheid of de instroom van investeringen.
Tenslotte zullen de bedragen van de voorafbetalingen van de eerste en tweede vervaldag 2008 nauwgezet onderzocht worden.

Deze elementen zullen toelaten te evalueren in welke mate de bruto- en nettoramingen, die voor de goedkeuring van de wet zijn uitgevoerd, bevestigd worden.

Er zal een taskforce « aftrek risicokapitaal » worden opgericht binnen de administratie om eventuele misbruiken en fraudegevallen op te sporen en te beteugelen.

Deze task force zal, op basis van zijn werkzaamheden en de informatie die hem werden verstrekt door de controlediensten, in het kader van de begrotingscontrole 2008 een verslag aan de regering maken die vervolgens initiatieven zal nemen.
 
Burgers en bedrijven die met hun belastingen bijdragen aan de financiering van de overheid, hebben recht op betrouwbare en kwaliteitsvolle overheidsdiensten.
 
Integriteit, vorming, motivatie, resultaatgedrevenheid en klantgerichtheid zijn de sleutelwoorden van haar personeelsbeleid. Die klantgerichtheid. zal zich verder vertalen in aangepaste openingsuren, elektronische diensten, eenvoudig en begrijpbaar taalgebruik en gerichte maatregelen om de ingeslagen weg van administratieve vereenvoudiging en lastenvermindering verder te bewandelen. Samen met de andere beleidsniveaus en met respect voor de bescherming van de persoonlijke levenssfeer, wil zij ertoe komen dat burgers, bedrijven en verenigingen de overheidsinformatie en -diensten geleidelijk kunnen verkrijgen op één fysiek contactpunt, dat elektronisch toegankelijk is via een internetportaal en een persoonlijke internetpagina. Wat ook de graad van informatisering van de overheidsdienst is, zal de regering er over waken dat de burger door andere klassiekere middelen toegang kan krijgen tot alle diensten van de administratie.
 
De voldoening van zowel de gebruikers als de ambtenaren zal gemeten worden, teneinde het opzetten van verbeteringsacties te bepalen.
 
De overheidsbesturen en overheidsbedrijven zullen zich inschrijven in het globale beleid van duurzame ontwikkeling, inzonderheid in hun aankoopbeleid en bij overheidsopdrachten en verplaatsingen.
 
De regering beschouwt de lokale besturen als volwaardige partners van interbestuurlijke samenwerking. Ze toetst haar beslissingen op hun gevolgen voor de lokale besturen op vlak van personeel, werkingsuitgaven en investeringen. Beslissingen die invloed hebben op personeel en financiën van de lokale overheden zullen het voorwerp uitmaken van een overleg. In de mate van het mogelijke zal de federale overheid vermijden de lokale besturen lasten te doen dragen.
 
De overheidsinstellingen gaan over tot het gebruik van een analytische boekhouding.
 
De statutaire tewerkstelling blijft de regel. Voor contractuele personeelsleden gaat de regering na hoe loopbaanperspectieven kunnen worden gecreëerd. De regering legt een ontwerp van wet neer tot invoering van de tweede pensioenpijler voor het contractueel overheidspersoneel.
 
De regering onderzoekt hoe het reglementair vastgestelde personeelsstatuut in al zijn aspecten kan worden vereenvoudigd en verzoend met het humanresourcesbeleid teneinde duidelijke en aantrekkelijke carrièreperspectieven aan te bieden.
 
De regering waakt erover dat een volwaardig evaluatiesysteem wordt uitgewerkt dat tot concrete resultaten kan leiden zowel positieve (zoals promotie of opslag, los van vorming, diploma of anciënniteit) als negatieve.
 
De voogdijminister maakt met de overheidsinstellingen bestuursovereenkomsten die concrete doelstellingen bevatten en die bijgestuurd worden indien de voorwaarden gedurende de looptijd eenzijdig door de overheid worden gewijzigd. De voorzitters van hun kant bekomen een grotere vrijheid inzake het personeelsbeleid en de overheidsopdrachten en het budgettair beheer van hun organisatie. Door de invoering van de interne audit verschuift de a priori-controle door de Inspectie van Financiën naar een steekproefsgewijze a posteriori-controle.
 
Van haar eigen diensten en van de autonome overheidsbedrijven en naamloze vennootschappen van publiek recht, met name De Post, de NMBS, Belgacom en Belgocontrol, verwacht de regering dat die een toonbeeld zijn van klantvriendelijkheid, van diversiteit op de werkvloer, van transparantie in de besluitvorming, benoeming van leidinggevenden en loonbeleid, en van deugdelijk bestuur.
 
De regering zal waken over de correcte omzetting van de derde Postrichtlijn voor eind 2008 teneinde loyale concurrentievoorwaarden te creëren voor alle operatoren, op een behoorlijke wijze rekening houdend met de geografische dekking, de frequentie van de dienstverlening of de arbeidsvoorwaarden. Zij zal hen zo snel mogelijk duidelijk maken, hoe ze de omzetting zal realiseren. De regering zal preciseren hoe de universele dienstverlening moet gewaarborgd en gefinancierd worden. Deze universele postdienst, die de brieven en postpakjes betreft, moet van hoogstaande kwaliteit zijn en toegankelijk voor iedereen en over het hele land, tegen betaalbare prijzen. Zij zal aan het BIPT vragen om zo spoedig mogelijk een geactualiseerde berekening van de nettokost van de universele dienstverlening uit te voeren.
 
De structuur en de omvang van het netwerk van postkantoren en - punten en de standaarden voor verdeling en ophaling zullen bepaald worden in het kader van het komende beheerscontract en zonder lager te gaan dan het aantal postdiensten voorzien in het huidige beheerscontract.

De bestaande diversiteit van de diensten, aangeboden door De Post, waaronder de sociale rol van de postbode, zal gewaarborgd blijven.
 
Met de vakbonden van het overheidspersoneel zal de regering het overleg voortzetten over een afsprakenkader voor de continuïteit van de dienstverlening. De regering wenst dat dit overleg wordt afgerond voor het einde van de zomer.
 
De regering zal aandacht hebben voor het behoud van een kwaliteitsvolle sociale dialoog onder meer in het kader van de volgende intersectorale onderhandelingen en in de uitvoering van de reeds in comité A gemaakte afspraken.
 
De regering vraagt het federaal Parlement een deontologische en ethische Code uit te werken die van toepassing is op alle federale mandatarissen en te waken over de naleving ervan via een ethische Commissie.
 
Zij zal eveneens aan het Parlement vragen om, binnen zijn huishoudelijk reglement, regels door te voeren voor wat betreft de beperking en de sancties bij overschrijding van het toegelaten bedrag van de vergoedingen, wedden of presentiegelden.
 
De regering zal de wet op de overheidsopdrachten evalueren en zal op die basis de wet aanpassen en de bepalingen inzake onverenigbaarheden en belangenconflicten versterken.
 
De regering legt de nadruk op de inspraak van de burgers in het politieke gebeuren door het gebruik van nieuwe participatieve methoden te bevorderen, in het bijzonder burgerpanels en online openbare raadplegingen. De rol van de federale bemiddelaars wordt versterkt zodat de instellingen beter rekening houden met hun adviezen en verslagen.

De regering zet de inspanningen inzake administratieve vereenvoudiging voor burgers, bedrijven en verenigingen onverminderd voort.

Voor burgers wordt onder meer werk gemaakt van een vermindering van de administratieve lasten bij de aankoop van een woning, bij een verhuis en bij het inschrijven van een wagen, van het verruimen van de gebruiksmogelijkheden van de elektronische identiteitskaart, de vooraf ingevulde belastingsbrief en van de oprichting van een elektronisch loket waarlangs de burger alle formaliteiten met de overheid kan afhandelen. Voor ondernemingen wordt onder meer werk gemaakt van een verdere vermindering van de statistieklasten, van de optimalisering van het gebruik van de Kruispuntbank Ondernemingen, en van de invoering van elektronische maaltijdcheques.
De regering zal zich inspannen voor een hergroepering van de verklaring en de inning met betrekking tot het beheer van de intellectuele eigendom van artiesten. Ze zal de mogelijkheden bevorderen om een VZW elektronisch op te richten.
 
De regering vraagt aan de sociale partners om specifieke bepalingen te voorzien  voor interimarbeid in overheidsbesturen voor uitzonderlijke en tijdelijke behoeften. 
  
10. Migratie

 
De regering voert een humaan, evenwichtig en kordaat migratiebeleid dat rekening houdt met het inburgerings – en integratiebeleid van de gemeenschappen.
 
In overleg met de gewesten en de sociale partners voert de regering op korte termijn een mogelijkheid van economische migratie in, rekening houdend met de huidige reserves op de arbeidsmarkt en de effecten van de nakende opheffing van de beperkingen op het vrij verkeer van werknemers van de nieuwe EU-lidstaten. Tegelijk zal ze bepalen onder welke voorwaarden mensen die ten minste sedert 31 maart 2007 duurzaam op het grondgebied verblijven en een vaststaand werkaanbod hebben, het statuut van zelfstandigen verwerven of dit binnen een periode van 6 maanden kunnen bewijzen uitzonderlijk een arbeidsvergunning en daaraan verbonden verblijftitel kunnen verwerven.
 
De regering zal de voorwaarden m.b.t. gezinshereniging en gezinsvorming harmoniseren, meer in het bijzonder inzake het bewijs van regelmatige en voldoende inkomsten, zodat deze gezinnen autonoom, duurzaam en op voldoende wijze in hun levensonderhoud kunnen voorzien.
 
De regering waakt erover dat de nieuwe asielwet correct wordt uitgevoerd en dat de doelstellingen ervan worden gerealiseerd: snelle afhandeling van de procedures met eerbied voor de rechten van asielzoekers en effectieve uitvoering van de beslissingen. Ze zal asielzoekers 6 maanden na het indienen van hun asielaanvraag toegang geven tot de arbeidsmarkt.
 
De regering voorziet in een procedure tot toekenning van het statuut voor staatlozen door het Commissariaat-Generaal voor de Vluchtelingen en de Staatlozen. De erkenning als staatloze heeft in principe een (tijdelijk) verblijfsrecht tot gevolg.
 
De regering opteert voor een regularisatiebeleid op individuele basis.
 
De regularisatiecriteria m.b.t. de buitengewone omstandigheden zullen worden verduidelijkt in een omzendbrief (langdurige procedure, ziekte en een prangende humanitaire situatie, met inbegrip van de duurzame lokale verankering). Het criterium m.b.t. de langdurige procedure zoals tot nog toe toegepast hield enkel rekening met een asielprocedure van 3 jaar (met kinderen) of 4 jaar (zonder kinderen). Dit breiden we uit naar 4 of 5 jaar in procedure waarbij de Raad van State en/of art. 9,3 oude vreemdelingenwet volgend op een asielprocedure wordt meegerekend.
 
Bij de beoordeling van de prangende humanitaire situatie op grond van duurzame lokale verankering kan rekening worden gehouden met het advies van de lokale besturen of een daartoe erkende dienst m.b.t. de kennis van één van de landstalen, schoolloopbaan en inburgering van de kinderen, werkverleden en werkbereidheid, beschikken over de kwalificaties of competenties afgestemd op het arbeidsaanbod, o.m. inzake knelpuntberoepen, uitzicht hebben op werk en/of de mogelijkheid hebben om in het eigen levensonderhoud te voorzien. In elk van voormelde gevallen wordt nagegaan of betrokkene geen gevaar betekent voor de veiligheid en openbare orde.
 
Op grond van recente wetenschappelijke studies, onderzoekt en beslist de regering op korte termijn over de wenselijkheid om een onafhankelijke commissie te belasten met de exclusieve bevoegdheid om te beslissen over regularisatie- aanvragen, op grond van de gepreciseerde criteria.
 
In de tussentijd zal worden nagegaan op welke wijze Binnenlandse Zaken deze criteria in concreto toepast.
 
Wat de dringende medische hulp betreft, zal de regering toezien op de uniformisering van de toepassing van de regelgeving, zonder afbreuk te doen aan de therapeutische autonomie van de arts ter zake.
 
De regering zal een effectief terugkeer- en verwijderingsbeleid voeren ten aanzien van vreemdelingen die geen verblijfsrecht krijgen. Zij zal voorrang geven aan de vrijwillige en zelfstandige terugkeer of verwijdering. Waar nodig, zal dit gebeuren in het kader van de begeleidingsprogramma's voor vrijwillige terugkeer waarvoor, indien noodzakelijk, de middelen zullen worden versterkt. In geval de voorgaande fasen mislukken, zal worden overgegaan tot verplichte en humane gedwongen terugkeer.
 
In een protocolakkoord regelt de regering de medewerking van de burgemeesters en zonechefs, m.n. ter precisering van de regels inzake de begeleiding en verwijdering van illegale migranten.
 
De wettelijke beperking van opsluiting tot 2 maanden voorzien in art. 29 van de Vreemdelingenwet zal strikt worden toegepast. De mogelijkheid om deze periode te verlengen zal zeer uitzonderlijk worden toegepast en moet beperkt blijven tot het geval dat een effectieve verwijdering binnen een redelijke (dat wil zeggen een korte) termijn nog steeds mogelijk is.
 
De regering zet alternatieven op voor het opsluiten van gezinnen met minderjarige kinderen in gesloten centra op basis van o.m. de studie van Sum research.  De regering investeert in specifieke opvangmogelijkheden die zich onderscheiden van de huidige gesloten centra voor gezinnen met kinderen die wachten op hun uitwijzing. Binnen dat kader, uitzonderlijk en voor een korte periode, kunnen ouders worden onderworpen aan sommige vrijheidsbeperkende maatregelen.

In de mate van het mogelijke kunnen hun kinderen onderwijs genieten op een school. Wanneer gezinnen met kinderen uitzonderlijk moeten worden opgevangen in gesloten centra kort voor de repatriëring of bij manifeste onwil, dient dit te gebeuren voor de kortst mogelijke duur en in de best mogelijke omkadering. Gezinnen en mensen die niet verwijderbaar zijn, worden niet opgesloten
 
De nationaliteitsverwerving zal worden geobjectiveerd en migratieneutraler gemaakt, zodat alleen personen ingeschreven in het rijks – of vreemdelingenregister de nationaliteit kunnen verwerven. Voor het overige blijft de verwerving van de nationaliteit door nationaliteitsverklaring ongewijzigd. De verwerving van de nationaliteit via naturalisatie zal eveneens worden gekoppeld aan voorwaarden inzake een verblijfrecht van onbepaalde duur, een voorafgaand ononderbroken wettelijk verblijf van 5 jaar en een bewijs van integratiebereidheid dat o.m. kan worden geleverd via de lokale overheid of erkende diensten. 

10. Buitenlands beleid
 
We leven in een steeds meer geglobaliseerde wereld, in constante evolutie, die nieuwe kansen biedt maar tegelijk belangrijke uitdagingen stelt in termen van vrede en veiligheid, armoede, ongelijkheid, klimaat en toenemende concurrentie. Om hieraan tegemoet te komen kiest België voor een actief buitenlands beleid dat ingebed is in een Europees en multilateraal kader. Een effectief multilateralisme en een sterke EU vormen het beste antwoord op de uitdagingen van de toekomst.
 
België moet de voortrekkersrol blijven spelen om de Europese Unie te versterken. Een sterker Europa heeft nood aan een Europese Unie die verder verdiept en politiek integreert, zich verder ontwikkelt, waarvan de interne samenhang en de identiteit continu versterkt wordt. De regering zal daartoe de traditionele allianties, waaronder de Benelux, versterken maar ook actief nieuwe partners zoeken. Het EU-voorzitterschap in 2010 is een uitgelezen kans om het Europese project voor de burgers tastbaar en toegankelijk te maken. Hiertoe zal de regering een task force Europa 2010 oprichten.
 
De regering staat open voor een verdere uitbreiding van de Unie. De kandidaat-lidstaten moeten aan alle toetredingsvoorwaarden voldoen. Bovendien moet de Unie zélf er klaar voor zijn. Een uitbreiding mag haar verdere ontwikkeling, verdieping, integratie en maatschappelijke samenhang niet hinderen, en moet maatschappelijk gedragen worden.
 
Binnen Europa zal de regering streven naar een sociaaleconomisch beleid dat beoogt de sociale samenhang te versterken en de Europese Unie meer performant, competitief en duurzaam te maken. Hiertoe zal zij waken over de uitvoering van de Lissabonstrategie en zal zij ijveren voor de ontwikkeling van een nauwere samenwerking tussen het economische, sociale, fiscale, tewerkstellings- en klimaatbeleid. Zij zal ook waken over de verdere verdieping van de interne markt en het aannemen van een wetgeving over de diensten van algemeen belang, gebaseerd op het Verdrag van Lissabon.

Zij onderschrijft de Europese klimaatdoelstellingen, op basis van een billijke verdeling van de lasten tussen de lidstaten, en pleit voor een ambitieus Europees klimaat- en energiebeleid. Conform het Programma van Den Haag, verwacht de regering van een sterkere samenwerking inzake justitie en binnenlandse zaken, tastbare resultaten in de strijd tegen georganiseerde criminaliteit en terrorisme, met respect voor de private levenssfeer en de grondrechten, alsook een meer geïntegreerd Europees asiel- en migratiebeleid. Zij zal ook ijveren voor het opzetten van een werkelijke Europese gerechtelijke ruimte.

De geloofwaardigheid van het Europese engagement hangt ook af van de manier waarop België zich kwijt van de uitvoering en omzetting van de op Europees niveau genomen maatregelen. De regering maakt zich sterk dat de Europese 1% norm inzake de omzetting wordt gehaald.

De Europese Unie heeft de financiële middelen nodig die passen bij haar opdracht.
 
De regering onderschrijft ten volle de ambitie om een volwaardig en coherent Europees buitenlands beleid uit te bouwen, inclusief een veiligheid- en ontwikkelingsbeleid. De Unie moet prioritair aandacht geven aan de toestand in de Balkan, een hoofdrolspeler worden in het Midden-Oosten, een evenwichtige verhouding met de VS nastreven alsook de versterking van het multilateralisme. De regering zal bijdragen tot de uitbouw van de Europese defensiecapaciteit, die inzetbaar moet zijn zowel in het kader van de EU als in dat van de NAVO, o.m. door een ruimere rol aan het Eurokorps toe te kennen. Zij zal onze NAVO-engagementen eerbiedigen.

Ook op het terrein zelf wil de regering haar verantwoordelijkheid nemen. Als één van de oprichters van de Verenigde Naties, hecht België het grootste belang aan het strikt respecteren van het Charter en zal zij haar actie inzake vrede en internationale veiligheid verder inschrijven in het kader van de mechanismen voor de gemeenschappelijke veiligheid. In het kader van het herziene Strategisch Plan zal de regering de hervorming voor een nog efficiënter, beter uitgerust en operationeler leger voortzetten. Zo zullen er meer middelen voor de operaties aangewend worden. Zij pakt de personeelsstructuur en –kosten aan, voert de gemengde loopbaan uit en investeert bijkomend in uitrusting en training van militairen. Ons leger moet in staat zijn om volgens beurtrol de leidende rol op te nemen in een EU Battle Group.
 
Louter militaire instrumenten volstaan niet om een duurzame vrede te verzekeren. Daarom worden er steeds meer civiele instrumenten ingezet. Hiertoe bouwt de regering de nodige capaciteit verder uit.
 
Wij willen niet enkel curatief optreden. Meer dan ooit moet er preventief gewerkt worden. Daarom bepleit de regering de revitalisering en het respecteren van het Non-proliferatieverdrag; zij zal ijveren voor internationale initiatieven inzake een verdere ontwapening en voor een verbod op wapensystemen met willekeurig bereik en/of die disproportioneel veel burgerslachtoffers maken. Zij zal meer aandacht besteden aan human security, aan de problematiek van de kindsoldaten en aan het seksueel geweld tegen vrouwen bij gewapend conflict.
 
Preventie betekent ook armoedebestrijding en ontwikkelingssamenwerking. De regering schrijft haar actie in de realisatie van de Millenniumdoelstellingen in en houdt vast aan het doel om minstens 0,7% van het bni in 2010 te bereiken, met minstens 0,5% in 2008 en 0,6% in 2009. Zij nodigt alle andere overheden uit om dezelfde doelstelling te onderschrijven. Een eerste, substantiële stap werd gezet door de kredieten voor DGOS dit jaar te verhogen tot 1,1 miljard euro. Zij erkent de toegevoegde waarde en de specificiteit van de verschillende actoren (multilaterale, directe bilaterale, indirecte bilaterale, andere) en zal een juist evenwicht tussen deze actoren garanderen. Zij zal de invoering van verschillende pistes voor alternatieve financiering onderzoeken en zal de schuldkwijtschelding van de armste landen voortzetten. Aan de algemene toelichting van de begroting zal een nota toegevoegd worden die een overzicht geeft van alle geplande ODA-aanrekenbare bestedingen en leningen van staat tot staat.

Geld is belangrijk, maar het is niet alles. Daarom gaat in onze ontwikkelingssamenwerking meer aandacht naar de kwaliteit en de duurzaamheid van de hulp, de vooruitgang in termen van goed bestuur en democratie, de rechtsstaat, de mensenrechten, de gelijkheid tussen man en vrouw, de duurzame ontwikkeling en de goede afstemming in het kader van het buitenlands beleid.

De harmonisatie, de afstemming en de doeltreffendheid van de hulp, de vereenvoudiging van de procedures en de samenwerking en coördinatie met de NGO's en de andere ontwikkelingssamenwerkingsactoren, zijn prioritaire aspecten van ons beleid.
De wet van 25 mei 1999 betreffende de internationale samenwerking zal worden geëvalueerd en, in voorkomend geval, in overeenstemming worden gebracht met de nieuwe Europese en internationale context, o.m. de Millenniumdoelstellingen, de Verklaring van Parijs en de Europese gedragscode. De regering opteert voor sectorale, thematische en geografische concentratie van de ontwikkelingshulp, met blijvende aandacht voor de regio van de Grote Meren.

Met het oog op het bereiken van de Millenniumdoelstellingen hecht de regering groot belang aan basisgezondheidszorg, landbouw, voedselveiligheid, water, opleiding en vorming, basisinfrastructuur, conflictpreventie en maatschappijopbouw; de regering zal een bijzonder inspanning doen om in Afrika de komende jaren miljoenen mensen toegang te geven tot veilig drinkwater.
 
Omdat een vrije en billijke handel kan bijdragen tot de groei in de ontwikkelingslanden, zal de regering zich inzetten voor het welslagen van de Doha Ontwikkelingsronde. De regering zal, ook in het kader van de akkoorden die de Europese Unie onderhandelt, waken over de belangen van de ontwikkelingslanden daarin begrepen de zuid-zuid dimensie. Bovendien zal zij acties ten voordele van eerlijke handel ondersteunen en het Parlement aanmoedigen om het juridische kader ervan te verbeteren, en zal zij in het bijzonder waken over het respecteren van de sociale en milieunormen.

Daarnaast stuiten onze bedrijven nog steeds in vele landen op handelsbelemmeringen en obstakels van tarifaire en niet-tarifaire aard. Betere randvoorwaarden moeten geboden worden aan onze ondernemingen, in het bijzonder KMO's en de landbouwsector, waarbij het wegwerken van niet-tarifaire belemmeringen prioritair is. De regering zal zich daartoe inspannen, ook in het kader van de Europese Unie.

Een geconcerteerd optreden van de federale en gewestelijke diensten in de landen buiten de EU is nodig, met respect voor de bevoegdheden van elkeen. Wat betreft de bevordering van de buitenlandse handel, het aantrekken van buitenlandse investeringen naar België en het bevorderen van Belgische investeringen in het buitenland, vervullen onze ambassades ook een ondersteunende rol voor de Gewesten. Met dat oogmerk zal aan de gewesten worden gevraagd om een investeringsdesk op te richten om de aantrekkelijkheid van ons land voor buitenlandse investeringen verder te versterken en de toegang te vergemakkelijken.
 
De regering zal bijzondere aandacht geven aan de relaties met onze buurlanden. Ook om dossiers zoals de IJzeren Rijn, de politiesamenwerking met Frankrijk of de koffieshops in het Nederlandse grensgebied, tot een goed einde te brengen.

De regering zal zich bijzonder inzetten voor Centraal-Afrika door te blijven ijveren voor een internationale aanpak en door zelf op het terrein initiatieven te blijven ontplooien. Een duurzaam herstel van rust en vrede in het Grote Merengebied, met respect voor de rechtsstaat, de democratie en de mensenrechten, is een absolute prioriteit.
 
Tenslotte wil de regering een actief zetel- en onthaalbeleid voeren om de positie van België als vestigingsplaats van internationale organisaties, als ontmoetingsplaats en "service nation" verder uit te bouwen. Binnen de diensten van de Eerste Minister zal een cel worden opgericht ter ondersteuning en coördinatie van het aantrekken van economische, culturele, sportieve en wetenschappelijke evenementen met internationale uitstraling, alsook van de deelname aan Wereldexpo's. Deze evenementen kunnen samen met andere landen georganiseerd worden, zoals de Wereldbeker voetbal in 2018.
 
11. Institutionele hervormingen
 
Sinds 1970 is het unitaire België, in vijf stappen, omgevormd tot een federale staat met een meerlagig bestuur. Bij elk van die stappen kregen de Gemeenschappen en de Gewesten een grotere autonomie, met het doel het beleid dichter bij de mensen te brengen en op alle beleidsniveaus een beter bestuur mogelijk te maken. De voorbije maanden is het besef gegroeid dat een nieuwe stap in de hervorming van onze instellingen wenselijk is. Het is immers duidelijk geworden dat de huidige bevoegdheidsverdeling en financiering niet afdoende zijn om alle beleidsniveaus in staat te stellen een antwoord te geven op de uitdagingen van morgen. Een nieuwe hervorming van de instellingen moet daarom de beleidsniveaus versterken. Daarbij moet een nieuw evenwicht worden gezocht tussen de verschillende overheden, zodat ze elkaar beter ondersteunen en doeltreffender met elkaar samenwerken.

Op basis van de werkzaamheden van de Raad van Wijzen hebben verschillende partijen, zowel van de meerderheid als van de oppositie, in de Senaat een voorstel van bijzondere
wet ingediend, als eerste stap in deze nieuwe hervorming.

Aansluitend daarop zal de regering, zoals aangekondigd in de toelichting van dat voorstel, tegen half juli een verklaring afleggen in de Kamer van Volksvertegenwoordigers over de inhoud van het tweede pakket hervormingsvoorstellen.

De noodzakelijke wetteksten zullen hieraan worden toegevoegd met oog op hun goedkeuring voor het parlementaire reces. 
  
Brussel, 18 maart 2008
 
Voor CD&V – Etienne Schouppe 
Voor MR – Didier Reynders 
Voor PS – Elio Di Rupo 
Voor Open Vld – Bart Somers 
Voor cdH – Joëlle Milquet

 

Son Haberler

Hits: [srs_total_pageViews] Visitors: [srs_total_visitors]
Copyright © GUNDEM.be
Site içeriği ve dizaynın tüm hakları GÜNDEM.be websitesine aittir.
Kopyalamak ve izinsiz kullanmak kesinlikle yasaktır.